vrijdag 30 september 2016

Procesboom maken:

Dit is de procesboom die ik heb opgesteld:

Stap 1 Productie
Stap 2 Introductie
Stap 3 Gebruik
Stap 4 Onderhoud
Stap 5 Hergebruik
Stap 6 Afdanken
De materialen worden ingekocht.
Het product wordt uitgepakt.
De huurder beschadigd het product.
Er is smering nodig voor de wielen.
De onderdelen worden uit elkaar gehaald (bruikbare hergebruiken).
Het flexmeubel wordt weggegooid (recyclen, verbranden of vergaat het?
Er worden onderdelen geproduceerd voor het product.
Het product wordt getoond aan potentiele huurders.
Het flexmeubel wordt in een kofferbak gezet.
Er moet opnieuw een laklaag/verflaag worden aangebracht, maar het is niet overal mogelijk om te lakken/verven.
Het wordt hergebruikt als tafeltje.

De onderdelen worden in elkaar gezet.
Potentiele huurders komen analyseren of ze het willen huren (testen bijv.).
De spullen worden keer op keer in en uitgeladen.
Het flexmeubel moet worden schoongemaakt.
Het wordt een stoel om op te zitten.

Het product wordt getest.
Het product wordt verhuurd.
Er is een gat in gekomen; kan dit worden opgevuld of moeten er nieuwe onderdelen worden gebruikt.
Onderdelen moeten vervangen worden.
Het materiaal wordt gerecycled.

Het product word klaargemaakt voor vervoer.

Tijdens het gebruikt komt het flexmeubel tegen iemand aan, iemand loopt tegen het flexmeubel aan.
Er moeten onderdelen verbeterd worden.


Het flexmeubel wordt naar de plek vervoerd waar het verhuurd/opgeslagen. gaat worden.

Er worden andere spullen in gedaan dan waarvoor het product is ontworpen.





Het wordt gebruikt om spullen op te zetten (voor presentatie/werken).





Het wordt een werktafel.





Het wordt gebruikt als kantoorstoel.





Het product wordt blootgesteld aan neerslag



Ergonomie flexmeubel onderzoek

Mijn ergonomie onderzoek:

5. Ergonomie

Voor het ontwerpen van een product is het belangrijk om een goede aanpak te hebben, dit kan door een PVE (een pakket van eisen).
De ergonomie van een product is een essentieel onderdeel van dit pakket.
Ergonomie ontstaat door ergernissen en wetten van de overheid.
Ergernissen zorgen voor een zo optimaal en ergernis loos product, de wetgeving zorgt voor een product wat zowel fysiek dan we mentaal zorgt voor gebruiksvriendelijkheid.
Ergernissen Flexmeubel:
·        Het flexmeubel komt tegen je voet aan als je ermee rijdt (als er wielen onder zitten).
·        De lades blokkeren of gaan stroef open.
·        Er is te weinig ruimte om alle spullen op te bergen.
·        De spullen liggen los in het flexmeubel.
·        Het flexmeubel rolt heen en weer in de kofferbak.
·        Het slot is moeilijk om te bedienen.
·        Het flexmeubel is instabiel.
·        Het is een rommel in de lades.
·        De kleuren zijn niet mooi.
·        De wielen blokkeren.
·        Het flexmeubel is te zwaar om op te tillen.
·        Het flexmeubel is onhandig om op te tillen.
·        Er zijn te weinig afscheidbare opslagruimten.
·        Het flexmeubel is moeilijk om te vinden in het donker.
·        De lades sluiten niet goed.
·        De lades zijn gehorig.
·        Onderdelen breken af (zoals je dat vaak kan hebben met handvaten, en wielen).
·        Je kan het flexmeubel moeilijk over een drempel heen krijgen.
·        De laptop/beamer past niet.
·        Het product gaat kapot als je ermee gaat lopen.
·        Je kan de onderdelen nergens verkrijgen.
Wetregels ergonomie:
·        Er zijn een aantal regels waar we aan moeten voldoen als we een flexmeubel realiseren, met name als het flexmeubel multifunctioneel wordt, het flexmeubel kan bijvoorbeeld functioneren als een stoel of werkplek.
Voor kantoorartikelen is zijn er regels opgesteld, de Arbo-wetgeving.
Hieronder zijn de voor ons meest relevante wetregels:
Voor kantoorwerktafels (bureaus):
1.      De tafelhoogte voor staand werk moet in-/verstelbaar zijn van 65 tot en met 85 cm.
2.      De tafelhoogte voor zit-sta werk moet verstelbaar zijn van 65 tot en met 125 cm.
3.      De afmetingen van een tafelblad moet minimaal 80 cm diep en 120 cm breed zijn
4.      Als de bladen verstelbaar zijn moet er minimaal 25 mm tussen zitten, zodat men zijn vingers of kabels niet kan beknellen.
5.      De dikte van het tafelblad, en de hoeveelheid van de ondersteuningsconstructie moeten bij voorkeur zo gering mogelijk zijn.
6.      De dikte van het tafelblad moet wel bij de voorkant minimaal 55 mm dik zijn.
7.      Je moet qua voetruimte minimaal 60 cm tafeldiepte vrij hebben.
8.      En je moet minimaal 12 cm vrije hoogte hebben vanaf 60 cm tafeldiepte.
9.      Als het werkblad van een kantoorwerktafel spiegeld, of qua decor/kleur een groot contrast heeft met de omgeving, dan kan dat hinder veroorzaken, daarom is het geadviseerd de diffuse reflectiefactor bij voorkeur maar tussen de 0.3 en 0.6 laten vallen.
Bron 
      Voor kantoorstoelen:
1.      De stoel moet een verstelbare zithoogte hebben van 41 tot 55 cm hebben.
2.      De zitting moet vlak zijn, minimaal 40 cm breed en 44 cm diep, en heeft een verstelbare hellingshoek van -7 tot 3 graden.
3.      De voor- en achterzijde van de zitting en de boven- en onderzijde van de rugleuning zijn afgerond.
4.      De zitdiepte is verstelbaar van 38 tot 48 cm.
5.      De voorzijde van de rugleuning is vloeiend, zonder knikken of hoeken, met een horizontale straal van 40 cm of meer.
6.      De breedte van de rugleuning is minimaal 36 en maximaal 46 cm, de lengte minimaal 37 cm.
7.      De lendensteun is verstelbaar in hoogte: het middelpunt van de steun is tenminste verstelbaar tussen 17 en 23 cm.
8.      De armsteun heeft een verstelbare hoogte van 20 tot 30 cm en is minimaal 5 cm breed en 20 cm lang.
9.      de afstand tussen de armsteunen is instelbaar tussen 36 en 51 cm.
10.   de afstand van de voorzijde van de armsteun tot de voorzijde van de zitting is minimaal 20 cm.
11.   De stoel is veilig en stabiel en heeft geen scherpe of uitstekende delen.
Voor meeneembare kastruimten:
Er bestaan voor meeneembare kastruimten, zoals het flexmeubel die wij aan het ontwerpen zijn, nog geen concrete wetregels.
Dit betekend dat wij niet gebonden zijn aan regels die hierboven staan.
Wij kunnen hier meer onze creativiteit gebruiken, zonder verstrikt te raken in een wirwar van regels. Wel is het zo dat wij geen duidelijke richtlijnen hebben waar ons product aan moet voldoen, qua regelgeving.
Ergonomie en veiligheid van een flexmeubel:
Er zijn veel dingen waar gebruikers van een product zich aan kunnen ergeren betreffende een bepaald product of producteigenschappen, maar een gebruiker kan zich nergens zoveel aan ergeren dan aan dat er niet goed is nagedacht over de veiligheid van een product door de ontwerper.
Daarom zijn is hieronder een lijst van eisen waar het product aan moet voldoen betreft de veiligheid van een flexmeubel:
·        Het flexmeubel mag geen scherpe randen of hoeken hebben (ook bijvoorbeeld bij een handvat).
·        Het flexmeubel mag niet meer dan 23 Kilo wegen.
·        Het is belangrijk dat men het flexmeubel gemakkelijk vanuit de knieën kan tillen (met nadruk op de positionering van de handvaten).
·        De lades van het product moeten minimaal X Kg kunnen houden, zodat deze niet kunnen instorten en gevaarlijke en/of irritante situaties veroorzaken.
·        De lades mogen niet uit het flexmeubel vallen en zo bijvoorbeeld de benen van de gebruiker verwonden.
·        Het product mag niet zomaar omvallen als het bijvoorbeeld een helling afgaat, of als iemand er tegenaan loopt.

donderdag 29 september 2016

Het boek Oskam 29-09-2016

Vandaag ben ik weer in het boek Oskam gaan lezen, maar dit keer voor de ontwerpfase, dit zijn mijn bevindingen van bladzijde 172 - 200:


  • Het is belangrijk om overal schetsjes/modelletjes van te maken in deze fase.
  • Zonder systematische aanpak is je kans van slagen in deze fase nihil.
  • Je begint hierbij met het genereren van ideeën voor de hoofdfunctie.
  • Er zijn hierbij twee invalshoeken: Je ontwerpvisie en je succescriteria.
  • Begin met wat het belangrijkste is van je ontwerpvisie.
  • Creatieve sessies zijn hierbij goed om ideeën te genereren, maar ook voor je teambuilding.
  • Formuleer per succescriteria een prikkelende vraag, en probeer deze te beantwoorden. Dit kan je op zijn beurt weer doen met creatieve sessies.
  • Drie tot acht concepten werkt vaak het beste.
  • Een ideeënformulier is handig om je ideeën te vergelijken.
  • De oplossingen die we hebben bedacht moeten veel van elkaar verschillen.
  • Daarna begin je met ideeën genereren voor je deelfuncties.
  • Voor het beantwoorden van je deelvragen is het ook handig om creatieve sessies te gebruiken.
  • Stel daarvan kritische functies op, en zorg ervoor dat je ze test(dat kan met een model, maar ook met simulaties).
  • Een morfologisch overzicht is handig om te kijken welke oplossingen goed samengaan.
  • Concepten zijn tekeningen en beschrijvingen van het gehele product.
  • Die worden zo ver uitgewerkt dat er een schatting kan worden gemaakt van de haalbaarheid.
  • Voor het selecteren vaan deeloplossingen kijk je naar:
  1. Wat het beste is per deelfunctie.
  2. Wat het beste past bij de totaaloplossing.
  3. Wat de beste gelijksoortige oplossingen zijn.
  • Hierna ga je de product lay-out bepalen.
  • Hier is het ook handig om een (3D) model te maken van de onderdelen.
  • De lay-out wordt vooral bepaald door Ergonomie.
  • Integraal ontwerpen is een cyclisch proces: je gaat alles langs.
  • Je concepten zijn gereed als ze voldoen aan:
  1. De ontwerpvisie moet herkenbaar zijn.
  2. De ontwerpcriteria moeten herkenbaar zijn.
  3. De concepten hebben een gelijk niveau van uitwerking.
  • Zo is het naast het uitwerkingsniveau de manier waarop het is uitgewerkt ook belangrijk voor het vergelijken van de concepten.
  • Zorg daarom bij het vastleggen van de concepten in ieder geval voor deze elementen:
  1. Geef het een naam.
  2. Maak van ieder concept een afbeelding van het geheel.
  3. Schrijf de belangrijkste kenmerken op van elk concept.
  4. Schrijf het werkingsprincipe op of geef dit visueel weer.
  • Voordat je begint aan de conceptvergelijking moet je eerst de haalbaarheid van de concepten inschatten.
  • De ontwerpcriteria hoef je alleen maar in te schatten, omdat het geen zin heeft om nu al daarin precies te gaan werken.
  • Daarna ga je de ontwerpen vergelijken, en kijken welke het beste is.
  • Ga voor een concept van wereldklasse, neem geen genoegen met minder.
  • Start met het beste concept, ook al is dit van de concurrent. Probeer dit daarna te verslaan, of gebruik dit concept.
  • Het eerste wat je doet met het toetsen van een concept is het toetsen aan de eisen, de concepten die hier niet aan voldoen vallen af.
  • Ieder teamlid kan geschatte scores apart invullen, dan kan je preciezer je eigenschap inschatten.
  • Vergelijk daarna de concepten op basis van succescriteria, neem hierbij wel een referentieconcept. Het is handig om als referentieconcept je voorkeursconcept te nemen.
  • Zet dit in een schema, en dan kun je bijvoorbeeld zeggen beter (+), veel beter (++), slechter (-), veel slechter (--) of gelijk (=). Dit is veel overzichtelijker dan dat je het bijvoorbeeld in cijfers gaat uitdrukken.
  • Onderaan de tabel kun je de totaalscore opschrijven in vergelijking met je referentieconcept.
  • Onderzoek daarna of je een hybride concept kan maken met de beste eigenschappen van meerdere concepten. 

woensdag 28 september 2016

Kunststoffenbeurs Velthoven 28-09-2016

Vandaag heb ik de kunststoffenbeurs in Velthoven bezocht, waar we veel nieuwe ideeën hebben gekregen voor de materialen en het design van de flexmeubel.

Voor de flexmeubel:


  • Voor elk product is het tegenwoordig erg goed als je het duurzaam maakt, het in het uiterlijk terug laat zien, en het ook zo adverteert. Dat komt doordat de consument tegenwoordig bewust is geworden dat het qua vervuiling zo niet langer kan. Zo krijgen 'groene' producten een goede naam, en de 'grijze' producten een slechte naam, wat het erg logisch maakt dat de 'groene' producten meer worden verkocht.
  • Het is een goed idee om voor d uitstraling van het product niet zomaar met de ruwe materialen op te leveren, maar met een soort laminaat, of een andere visueel aantrekkelijke stof over het ruwe materiaal heen leggen.
  • Er zijn nu een hoop goede stoffen op ons lijstje terecht gekomen, zoals: PLA PET, plexiglas en DenimX.

Lezingen:


Ik heb twee lezingen bijgewoond, en dat waren de lezingen van DenimX en Acceleratio:
  • De eigenschappen van de stof DenimX zijn: dat het een hoge buigsterkte heeft, het heeft een lage dichtheid, het ziet er uit als jeans, het is duurzaam gemaakt, maar het heeft wel een lage treksterkte.
  • De presentatie van Acceleratio ging vooral over de circulaire economie, en de duurzaamheid in producten.
  1. We moeten van een lineaire naar een circulaire samenleving gaan, wat betekent dat je dingen moet hergebruiken, ontwerpen om het langer mee te laten gaan en het recyclebaar maken. Maar recyclen blijft nog wel de laatste optie, omdat hierbij ook relatief veel vervuiling bij te kijken komt.
  2. Zo kan je ook spullen delen, dit kan je al zien in van die apps waarmee je mensen kan zoeken die met je mee kunnen rijden naar een locatie,
  3. Zo kan je ook dingen de-materialiseren, bijvoorbeeld dat nu niemand meer CD's koopt, maar alles van de cloud af haalt.
  4. 3D-printing zorgt er ook voor dat je een minimale hoeveelheid afval hebt tijdens het produceren van het product.
  5. Je kan het nu ook goed zien dat we in een mogelijke industriële revolutie zitten, omdat we nu in grote stappen vooruit gaan in duurzaamheid, en er wordt tegenwoordig ook in verhouding veel meer op de duurzaamheid gelet vergeleken met vroeger.
  6. 9% van alle plastics tegenwoordig kunnen worden gerecycled, of worden gerecycled wat natuurlijk veel te laag is.
  7. Gevaarlijke stoffen, zoals weekmakers die vroeger in bijvoorbeeld PVC werden gebruikt zorgen er ook voor dat de producten niet kunnen worden gerecycled/fatsoenlijk worden weggegooid, omdat die stoffen dan weer terug/vrij komen in de wereld.
  8. De kwaliteit voor een batch gerecyclede grondstoffen is erg belangrijk, waarom zou een producent van een product bijvoorbeeld de groene grondstof nemen, als de grijze grondstof beter van kwaliteit, en nog eens goedkoper is ook.

Wiskunde oefentoets

De resultaten zijn terug van een oefentoets Wiskunde (van blauwdruk) die we hebben gemaakt:



Hieruit kan je dus wel zeggen dat ik de basis heb, maar nog wel veel moet leren.

maandag 26 september 2016

Creativiteitssessie Divergeren 1 26-09-2016

We hebben vandaag een workshop gehad in het divergeren van onze creativiteit, en dit zijn mijn voorlopige bevindingen:


  • Out of the box denken is erg belangrijk voor je creativiteit.
  • Dat is belangrijk om geen voor de hand liggende oplossingen te krijgen.
  • Niet: goddelijke inspiratie, toeval, uitsluitend voor 'creatieven'
  • Leg niet te hoge verwachtingen: Iedereen is creatief.
  • Niets is fout als je creatief aan het denken bent.
  • Soms is er een hele eenvoudige oplossing op een probleem, zie bolletje holletje.
  • Scamper: verwijder iets, voeg iets toe, vervang iets, verbeter iets, scheid iets, her-order of creëer variaties.
  • De Scamper techniek is een INBOX techniek.
  • Het is belangrijk om aan een 'energiser' te doen.
  • Innowiz online tool is handig om te gebruiken.
  • Het is ook handig om de doorgeeftechniek te gebruiken.
  • Je kan daarna je ideeën ranken op creativiteit en realiseerbaarheid.
  • Voor de duidelijkheid kan je het uitzetten in een tabel.

vrijdag 23 september 2016

Functieboom 2

Ik heb vandaag mijn functieboom verbeterd (duidelijker):

Materialenlijst

Ik heb mijn lijst met materialen afgemaakt, en de eigenschappen die te vinden waren ingevuld:

Materiaal: Smeltwarmte (graden celsius) Verbrandingswarmte (graden celsius) Dichteid (g/Cm3) Soortelijke Warmte (J·kg−1·K−1) Aggregatietoestand Brekingsindex treksterkte (Mpa)
Ferro-metalen:              
Staal (s235 1450 2700 7,8 401,2 Vast N/A 400
Giet-Staal Niet bekend Niet bekend Niet bekend Niet bekend Vast N/A  
ijzer 1535 2760 7,87 440 Vast N/A  
Giet-ijzer Niet bekend Niet bekend Niet bekend Niet bekend Vast N/A 170
Non-Ferro-Metalen:
Lichte metalen:              
Aluminium +legeringen 659 2468 2,7 880 Vast N/A 305
Magnesium " 655 1107 1,74 1020 Vast N/A 180
Titaan " 1667 3288 4,54 520 Vast N/A 434
Zware Metalen:
Zink " 419,6 907 7,13 390 Vast N/A 140
Nikkel " 1453 2921 8,9 440 Vast N/A 150
Wolfraam " 3410 5556 19,3 130 Vast N/A 700 - 3400
Kunststoffen:
Thermoplasten:
PVC 120-130 N/A 1,39 100 Vast N/A Niet bekend
Polyetheen 125 N/A 9,5 188 Vast N/A Niet bekend
Thermoharders:
Bakeliet N/A N/A 1,28 Niet bekend Vast N/A Niet bekend
Polyester N/A N/A 1,38 Niet bekend Vast N/A Niet bekend
Rubbers:
Natuurrubber N/A N/A 1,2 Niet bekend Vast N/A 15
Siliconenrubber N/A N/A 1,2 Niet bekend Vast N/A 15
Schuimen:
Polyurethaanschuim N/A N/A 1,26 Niet bekend Vast N/A 25
Piepschuim N/A N/A 1,04 Niet bekend Vast N/A 25
Composieten:
Glasvezelversterkte Verschilt per kunstsof N/A 2,55 Niet bekend Vast N/A 2000
Polyesters Verschilt per polyester N/A Niet bekend Niet bekend Vast N/A Niet bekend
Keramiek:
Mineralen:
Silicium 1415 3266 2,329 710 vast N/A Niet bekend
Kwarts Verschilt Verschilt 2,65 Verschilt Vast Verschilt Verschilt
Klassieke Keramiek:
Steen voor de bouw 650-750 N/A 1,8 Niet bekend Vast N/A Niet bekend
Cement, Beton 1710 N/A 3,2 Niet bekend Vast N/A 2
Technische keramiek:
Alumina, Zirconia Niet bekend Niet bekend 6 Niet bekend Vast Niet bekend Niet bekend
Titaannitride Niet bekend Niet bekend 3,1 Niet bekend Vast Niet bekend Niet bekend
Siliciumcarbide Niet bekend Niet bekend Niet bekend Niet bekend Vast Niet bekend Niet bekend
Si-Al-oxiden Niet bekend Niet bekend Niet bekend Niet bekend Vast Niet bekend Niet bekend
Si-Al-Nitriden Niet bekend Niet bekend Niet bekend Niet bekend Vast Niet bekend Niet bekend
Diamant 3800 N/A 3,52 Niet bekend Vast 2417 Niet bekend





Vast 2417 Niet bekend